Folder van de week

Geld

MATIG MET GELD?
Matig zijn lijkt niet van onze tijd. Op allerlei manier word je uitgedaagd om te consumeren. Sparen is helemaal achterhaald, dus het geld dat je hebt, kun je uitgeven. Als je geen geld genoeg hebt kun je op afbetaling kopen. En omdat iedereen het doet, word je in deze tijd van haast, hype en heb zucht snel meegezogen in dit consumptiepatroon.

Vroeger hadden de mensen minder geld, minder vrije tijd en was sparen voor later nog een deugd. Maar ook toen was matigheid niet vanzelfsprekend. Zelfs in de Bijbelse tijd niet. De stadhouder Felix schrok toen Paulus het had over matigheid (Hand. 24:25). Dat zal wel niet voor niets geweest zijn. Als hij matig had geleefd, waarom moest hij dan bevreesd worden? Maar niet alleen Felix moet matig, ook de ouderling of diaken bij jou in de gemeente (1 Tim. 3:2). Het woord valt ook als het gaat over de manier waarop vrouwen en meisjes hun uiterlijk verzorgen(1 Tim.2:9). En het heeft betekenis, dat bij Titus de jonge mannen apart worden genoemd: 'Vermaan de jonge mannen insgelijks, dat zij matig zijn'(Tit. 2:6).

Dat we niet matig zijn is een probleem dat je niet moet zoeken in de tijdgeest. Het zit in ons hart. Matig betekent dat je je niet laat beheersen door je begeerten. Eigenlijk zijn we allemaal slaaf. Slaaf van onze begeerte. Bij de een is dat de begeerte naar bewondering, bij de ander is het de begeerte naar eten, bij een derde begeerte om te schitteren op je werk, bij een vierde de begeerte om rijk te worden, bij een vijfde de begeerte om te presteren enz., enz. Het is bij iedereen verschillend.

Die slavernij hebben we opgelopen in het paradijs. Eva liet zich bij die boom als eerste leiden door haar begeerte. En we kunnen pas weer iets van echte matigheid leren als we de Heere Jezus leren kennen.Dan worden de touwen waarmee de begeerte ons overal heen trekt, in beginsel losgemaakt. Dan kun je dingen kopen, maar ga je niet op in het bezit, dan mag je de dingen van deze wereld gebruiken, maar niet misbruiken (1 Kor. 7:30,31). Dan is er voor de begeerte die je beheerste, een ander verlangen in het hart gekomen. Een heimwee naar de liefde en gemeenschap met de Heere. Ken je dat? Ik heb een eenvoudige test. Die gaat als volgt. Bedenk waar jij van nature het meest naar verlangt. Is dat bijvoorbeeld naar rijkdom?

Doe de test:

Test 1: Als je kunt kiezen tussen zoveel geld als je wilt of iets van de rijkdom van Christus, wat kies je? Of is dat bewondering van je omgeving?

Test 2: Wil je liever aanbeden worden door vele vrienden, of in eenzaamheid iets van de gunst van de Heere ervaren?

Naar de liefde van God mag je mateloos verlangen. Hij heeft genade zonder mate.